Op de pijp met… Astrid Stiel
Op de pijp met…
Wekelijks publiceert het weekblad Groot Westland het portret van een Westlander met een verhaal. Al meer dan 5 jaar maken wij dat met groot plezier.
Even pauze. Even op de pijp. Bakkie doen, praatje maken. Met en over bijzondere Westlanders. Westlanders met een verhaal. Over Westlandse waarden, en over heden, verleden en toekomst. Deze keer praten we met: Astrid Stiel.
Samen ben je nooit alleen. Dat geldt zeker voor Astrid Stiel (36). De in Naaldwijk opgegroeide actrice en cabaretière is er namelijk één van een drieling (haar zussen heten Linda en Miranda). Het inspireerde haar tot haar eerste programma: ‘Drie teveel!’ Inmiddels timmert Astrid solo aan de weg met haar bedrijf WickeD Events. “Ik doe wat mijn hart me ingeeft, zo ben ik nu eenmaal”. Astrid is getrouwd met Kim en samen met hun zoon Reeven wonen zij in Monster.
Ben jij een Westlander met een verhaal en wil je ook een keer bij ons op de pijp komen? Stuur dan een mail, dan neem ik contact met je op.
Tekst: Esdor van Elten foto’s: Ton van Zeijl
Je lijkt precies op je zussen, weet je dat?
Goh, dat heb ik nou nog nóóit gehoord… Tegenwoordig lijken we overigens minder op elkaar dan vroeger. Als je één van een drieling bent, ben je vanaf je prille begin al een soort beroemdheid. Met voor- en nadelen. Het is natuurlijk handig als je kunt reizen op de OV kaart van je zus. Maar het is soms ook super irritant, zeker in mijn jeugd: je kon nooit eens iets stiekem doen. Als ik bijvoorbeeld een sigaret opstak had mijn moeder het al gehoord voordat ik hem had opgerookt. Voor je zus een proefwerk maken was ook niet zo’n succes. Het was dan wel weer handig dat mijn zus in mijn plaats belde toen ik het niet durfde om een afspraakje met Kim te maken. Dat heb ik hem daarna ook wel eerlijk opgebiecht. Van mijn andere zus weet ik dat haar vriendje eerst naar onze schoenen keek voor hij durfde te zoenen om te voorkomen dat hij de verkeerde kuste. Maar ja wij deelden soms elkaars schoenen, dus…
Wel een verrassing voor je ouders…
Dat zeker. Ze wilden een kindje, maar kregen er meteen drie. Vaak krijg ik dan ook te horen: “Een drieling? Eeneiig? Puur natuur?” Ja, puur natuur, geen IVF. Mijn ouders hebben het bij drie kinderen gehouden en ondanks dat het pittig was hebben ze ons een fantastische jeugd gegeven. Vader Stiel werkte eerst bij het Bouwfonds en werkt nu als zelfstandig makelaar en taxateur. Mijn moeder zorgde voor ons en was veel bezig met toneel.
Dus acteren zat er al vroeg in?
Als kind wilde ik bij de bereden politie, advocaat worden, of het theater in. We zijn alle drie opgegroeid met theater. We speelden bij Koperen Kees en Dario Fo. Uiteindelijk zijn mijn zussen ermee gestopt, maar ik ben doorgegaan en het is zelfs mijn beroep geworden. Na de Bernadetteschool ging ik naar het LBO Oranje Nassau. Daarna MBO Beneden Maas. Toen was voor mij al duidelijk dat ik het theatervak in wilde, maar ik wilde toch ‘een vak leren’.
Hoe ben je het theater ingerold?
Mijn zus attendeerde me op een auditie bij Toneelgroep Amsterdam. Er deden honderd meiden auditie, maar er waren slechts vier rollen te vergeven. En toch werd ik het. Ik heb toen weken opgetreden, in de bovenzaal van de Stadsschouwburg Amsterdam en in de Engelenbak. Toen wist ik het zeker: Dit wil ik! Iets moois en leuks doen en er nog betaald voor krijgen ook!
Je wilde beroemd worden?
Nee joh! Misschien had ik door het drieling zijn al ontdekt dat dat ook z’n nadelen heeft, maar bekendheid of geld is voor mij nooit een reden geweest om het vak in te gaan. Ik doe wat mijn hart me ingeeft, zo ben ik. Mensen vermaken doe ik graag. Het is ook leuk om een ander te kunnen zijn, je een rol aan te kunnen meten. En ik hou van tekst. Je moet het vak niet ingaan als je beroemd of rijk wil worden. Ga dan beleggen of zo. Het is de inhoud van het vak dat het de moeite waard maakt. Wees nuchter. Je moet iets willen bijdragen.
Hoe ging het verder?
Via Nelleke Zitman, bekend van ‘Coverstory’ en ‘Dokter Tinus’, kwam ik op de Theateropleiding Selma Susanna in Amsterdam terecht. Ik vond het niet erg om naar Amsterdam te verhuizen. Ik vond het eigenlijk wel fijn. Astrid was daar Astrid, niet één van de drieling. De Amsterdamse humor was wel iets waar ik aan moest wennen, maar daar leer je wel mee omgaan. Ze zeggen wel eens dat Westlanders direct zijn, maar Amsterdammers kunnen er ook wat van! Tijdens mijn studie werkte ik bij de fotoservice van de HEMA. Daar werd ik ook wel geroemd om mijn Westlandse werkmentaliteit.
En toen?
Ik ben afgestudeerd met mijn solovoorstelling ‘Het komt zoals ’t komt’ in Bilbao, een cabaretvoorstelling over drieling zijn dat ik had gemaakt nadat mijn moeder was overleden. En toen had ik mijn diploma en had ik zo iets van: En nu…? Via een evenementenbureau werd ik gevraagd of ik een moorddiner kon schrijven, waarbij de mensen tijdens een diner in de rol van een personage kruipen en een moordmysterie moeten oplossen. Tijdens de opleiding had ik een bloedhekel aan schrijven, maar na mijn afstuderen viel dat van me af en bleek ik best goed in scripts schrijven. Naast de moorddiners heb ik toen ook andere spellen ontwikkeld en pakte ik verschillende rollen aan in theater en op tv. Toen ik in 2013 in Monster kwam wonen, ging ik deze spellen als zelfstandige aanbieden. Eerst onder ‘Astrid Stiel’ en sinds afgelopen september onder de naam WickeD Events.
Wicked, dat betekent toch ‘slecht’?
Het heeft meerdere betekenissen. Het betekent ook wel tof, te gek, gaaf, maar ook ondeugend en raar. En ik ben ook wel een beetje raar. Gelukkig heb ik voldoende zelfspot.
Het is ook een beetje raar, een theaterbedrijf. Typische combinatie…
In mijn vak kun je kiezen: of je gaat zitten wachten tot men jou inhuurt of je gaat zelf iets ondernemen. Dat ondernemende zit er bij mij wel in, en ik ben zelf mijn beste spokeswoman, dus ik ga niet zitten wachten op werk, maar neem ook niet alles aan wat op mijn pad komt. Wat ik zelf heel belangrijk vind is dat mijn product een toegevoegde waarde heeft voor mijn opdrachtgevers. Ik ben van mening dat je moet doen waar je goed in bent en waar je in gelooft.
En waar ben jij goed in?
Entertainen, mensen enthousiasmeren, dat is mijn ding. Maar wat ik het allerleukste vind en het beste kan is voorstellingen op maat maken, toegespitst op de gelegenheid. Dat is mijn specialiteit. Met Jorrik Hartemink speel ik nog altijd het theaterprogramma ‘de Strijd der Sexen’ bij bedrijven. Maar daarnaast heb ik ook een psychologisch spel ‘de Kluis’, organiseer ik kinderfeestjes en geef ik workshops over cabaret.
Waarom kwam je eigenlijk weer terug naar het Westland?
Op zich had ik het prima naar mijn zin in Amsterdam. Maar ondertussen hadden we een zoontje gekregen en zeker voor hem vonden wij het beter dat hij in het Westland op zou groeien. Met een huis met een tuin en meer ruimte om zich heen, dan een appartement in Amsterdam waar hij naar het Vondelpark toe moet om er even uit te kunnen. En daarnaast wonen mijn vader, zussen en schoonfamilie hier natuurlijk ook nog. Voor mijn werk maakt het niet uit. Opdrachtgevers en castingbureaus weten mij hier ook wel te vinden en vanuit het Westland zit je ook zó weer in Amsterdam of elders in Nederland. We wilden eigenlijk naar Wateringen, maar uiteindelijk vonden wij ons droomhuis in Monster.
Is er markt voor jou hier?
Waarom niet? Ik ga het Westland voor mij winnen! Nogmaals, ik ga niet zitten afwachten maar zelf aan de slag. Toen ik een keer bij Muy-Amigos in ‘s-Gravenzande langs liep en zag dat ze daar een bovenzaaltje hadden dacht ik: “Die willen vast iets met entertainment!”. Ik ben gewoon binnengelopen en heb het voorgesteld. De eigenaren Piet en Marieke kenden me niet, maar er was meteen vertrouwen. Inmiddels speel ik daar regelmatig mijn moorddiners en andere shows. De theatercultuur in het Westland is ook beter geworden in de tijd dat ik weg ben geweest. Er komt steeds meer, ook voor kinderen. Daar wil ik ook aan bijdragen. Lekker laagdrempelig bezig zijn en Westlanders laten genieten.
Speel je een rol, of ben je jezelf?
Dat loopt in elkaar over. Soms denk ik ook wel: wie is Astrid eigenlijk? Ik haal inspiratie voor mijn werk uit mijn eigen leven, zowel de mooie als moeilijke dingen. Ik heb op m’n 35ste een TIA gekregen en ik heb een schildklieraandoening. Desondanks ga ik door en laat ik mijn leven hierdoor niet bepalen. Ik vertik het om bij de pakken neer te zitten en haal uit alles inspiratie.
Is het moeilijk?
Ja en nee. Soms denken mensen dat mijn werk makkelijk is. Ik hoor wel eens “Dat kan toch iedereen, een rolletje spelen?” Maar er komt meer bij kijken dan alleen een rolletje spelen. Kijk naar het moorddiner: daar speel ik niet alleen de inspecteur, maar ben ik ook de gastvrouw. Een voorstelling voor een bedrijf vraagt weer om heel andere kennis en skills. Het is niet alleen maar spelen: het is een vák!